Nenglish

Schrijf geen Nenglish: zo belandt jouw Nederlands in je Engelse tekst

Schrijf geen Dunglish: zo belandt jouw Nederlands in je Engelse tekst

 

Taalfoutjes in je Engelse tekst omdat je moedertaal het Nederlands is: ze kunnen leiden tot een onduidelijke of verwarrende tekst. We hadden het in onze eerdere blog ‘Allemaal de schuld van het Engels’ al over de invloed van het Engels op onze Nederlandse teksten, maar dat geldt andersom natuurlijk ook! Welke typisch Nederlandse foutjes maken wij in het Engels? Op deze manieren kan het Nederlands in jouw Engelse tekst belanden (en zo los je het op):

 

🦊 Werkwoordstijden door elkaar husselen

🦊 De ing-vorm te pas en te onpas gebruiken

🦊 Tijd en plaats niet op de juiste plek zetten

 

Werkwoordstijden door elkaar husselen

Wat is het verschil tussen ‘Gisteren maaide ik het gras’ en ‘Gisteren heb ik het gras gemaaid’? In het Nederlands gebruiken we de verleden tijd en de voltooide tijd vaak door elkaar. We combineren beide tijden met woorden die het verleden aangeven, zoals ‘gisteren’. Ga je in het Engels schrijven, dan heb je de neiging om daar net zo slordig mee om te gaan. Maar voor de Engelsen werkt dat niet zo. Ze hebben weliswaar ook een verleden tijd – de past simple – en een voltooide tijd – de present perfect, maar ze houden de twee wat zorgvuldiger uit elkaar. Als we onze voorbeeldzinnetjes letterlijk vertalen, krijgen we dus maar in één geval een correcte Engelse zin:

Bijvoorbeeld:

✅        ‘Yesterday, I mowed the lawn.’

❌        ‘Yesterday, I have mowed the lawn.’

 

I mowed’ is de past simple. Je maakt hem door -ed achter het werkwoord te zetten. Je gebruikt deze tijd voor gebeurtenissen die in het verleden zijn begonnen én in het verleden zijn afgerond. Je kunt er ook gewoontes in het verleden mee aangeven: ‘Last year I mowed the lawn every month’. Een zin in de past simple herken je aan woorden die het verleden aangeven: yesterday, in 1984, during the Ice Age.

 

I have mowed’ is de present perfect. Je maakt hem door -ed achter het werkwoord te zetten én door er het hulpwerkwoord have bij te gebruiken. De present simple gebruik je voor situaties die op de een of andere manier een verbinding hebben met het heden:

 

  • Je bent er in het verleden aan begonnen, en het is nog niet klaar. De situatie duurt nog voort: de rest van het gras moet nog worden gemaaid.
  • Het is wel in het verleden gebeurd, maar je legt de nadruk op het resultaat in het heden: kijk eens wat een keurig gemaaid gazon!
  • Je hebt het gras net gemaaid: ‘I have just mowed the lawn’. Let op het signaalwoord ‘just’.
  • Je hebt het gras al een paar keer gemaaid en je bent nog niet klaar: ‘I have mowed the lawn several times already’.

 

Wat je in ieder geval NIET moet doen in een zin met de present perfect is er een signaalwoord van tijd bij zetten. Dus géén yesterday, last century, during the Middle Ages… Daarom is ‘Yesterday I have mowed the lawn’ geen correcte Engelse zin, maar een typisch Nederlands voorbeeld van werkwoordstijden door elkaar gebruiken.

 

De ing-vorm te pas en te onpas gebruiken

Werkwoorden met de uitgang -ing gebruik je voor het heden. Je maakt ze door -ing achter het werkwoord te zetten, in combinatie met to be. Simpel genoeg, zou je zeggen: ‘ik werk al 5 jaar als technisch schrijver’ wordt dan ‘I am already working for 5 years as a technical writer’. Hm… Waarom fronst je Engelse collega dan toch zijn wenkbrauwen?

 

✅ De ing-vorm gebruik je WEL:

  • Voor activiteiten die je nu aan het doen bent: ‘I am mowing the lawn’. We hebben in het Nederlands geen werkwoordsvorm hiervoor. Wij hebben de hulp nodig van ‘aan het + werkwoord’: ‘Ik ben het gras aan het maaien’. De nadruk ligt op wat je aan het doen bent, de activiteit.
  • In een openingszin: ‘I am writing you to confirm the receipt of the manual.’
  • Bij een afspraak of geplande activiteit in de toekomst: ‘We are meeting on Tuesday.’
  • Om nadruk te leggen op tijd: ‘They have been waiting for hours.’

 

❌ De ing-vorm gebruik je NIET:

  • Voor activiteiten die afgerond zijn: ‘I mowed the lawn.’ Hierbij is het proces niet meer belangrijk en heb je de ing-vorm dus niet meer nodig.
  • Als je over een gewoonte spreekt. Dat je als technisch schrijver werkt, is wel een gewoonte te noemen: ‘I work as a technical writer.’ Let op dat je hier niet praat over hoe lang je dat al doet. De nadruk ligt op wat je nu voor werk doet. Je gebruikt er de present simple voor, de gewone tegenwoordige tijd.
  • Wanneer de nadruk op iets anders dan tijd ligt, bijvoorbeeld op hoeveelheid: ‘She has had three cups of coffee already.’

 

Tijd en plaats niet op de juiste plek zetten

In het Nederlands zetten we de tijd en plaats van een gebeurtenis bijna overal in de zin:

 

  • ‘Ik dronk een glas limonade in de tuin gisteren.’
  • ‘Gisteren dronk ik een glas limonade in de tuin.’
  • ‘In de tuin dronk ik gisteren een glas limonade.’
  • ‘Ik dronk in de tuin gisteren een glas limonade.’

 

De Engelsen zijn daar niet zo soepel in. Er is een juiste plek voor tijd en plaats, of beter gezegd, voor plaats en tijd! De regel is simpel: plaats, gevolgd door tijd, staat óf vooraan, óf achteraan in de zin:

 

✅        ‘I drank a glass of lemonade in the garden yesterday.’

✅        ‘In the garden yesterday, I drank a glass of lemonade.’

❌        ‘I drank yesterday a glass of lemonade in the garden.’

❌        ‘I drank yesterday in the garden a glass of lemonade.’

 

Is dat alles?

Nee, er kan helaas nog meer misgaan in jouw Engelse tekst. Je kunt bijvoorbeeld te maken krijgen met “valse vrienden”. Of wat denk je van voorzetsels? Daarover vertellen we graag meer in een volgende blog!

 

🦊 Wil je meer leren over Nederlands, Engels en technisch schrijven? De Foxiz Academie staat voor je klaar met inspirerende cursussen en trainingen! Kijk maar eens hier.

Dit bericht is gepost in Nieuws. Bookmark de link.